Fabrieksgebouw De Ploeg / Tuin- en parkaanleg Mien Ruys (Ploegpark)
 

Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: Bergeijk
RCE monumentnummer: 531184 Fabrieksgebouw De Ploeg
Kadastraal gemeente: Bergeijk
Sectie: A
Nummer: 1425

Omschrijving

Fabrieksgebouw, behorend tot het complex weverij De Ploeg, met gebogen sheddaken, waarbij vier langere en vier kortere sheds naast elkaar zijn geplaatst zodat een L-vorm is ontstaan. Voor de sheddaken is het destijds geavanceerde Zeiss-Dywidag systeem van voorgespannen beton toegepast. De gebogen betonschalen zijn slechts zeventig millimeter dik. De maatvoering was afgestemd op de brede weefgetouwen, "form follows function". De architectuur wordt in sterke mate bepaald door het ritmische beeld van de westgevel waar acht sheds achter elkaar worden afgesloten door enigszins gekantelde en schuin geplaatste geveldelen, verspringend ten opzichte van elkaar waartussen, in het verlengde van de beglazing van de sheds, deels geblindeerd glas tot op het maaiveld is geplaatst. De gevels zijn met betonplaten bekleed, waarvan de belijning de kanteling en schuine plaatsing accentueert; in het linker geveldeel is een met een hek afgesloten inrijopening opgenomen, in het vijfde deel van links hoge deuren met rode, witte, blauwe en zwarte vlakken. De noordgevel (verticaal) bestaat grotendeels uit stalen kozijnen waarin (dubbel) glas, deels uit ijzeren roosters (westzijde). Daarboven een betonnen opstand. Tegen de oostgevel van de korte sheds bevindt zich aan de zuidzijde de ingang in een plat gedekte aanbouw, bestaande uit grote ramen en een gesloten gevelveld. De ingang wordt gemarkeerd door een relatief grote overdekte buitenruimte ondersteund door negen stalen staanders. De zuidgevels bestaan grotendeels uit dubbel glas in stalen kozijnen, aan de westzijde een gesloten gedeelte met betonplaten waarin een vlak met deuren en gekleurde vlakken. De afsluiting van de sheds is bij beide korte oostgevels vlak, met betonplaten (westelijk deel) en gele baksteen (oostelijk deel). Boven beide gevels weer een betonnen opstand; aan het oostelijke deel is de glasgevel uitgebouwd onder een plat dak. Aan de uiterste oostzijde een recente aanbouw. In het interieur zijn aan de noordzijde nog ruimte-indelingen door middel van overwegend glazen puien in stalen kozijnen aanwezig. Voor het overige is de ruimte overwegend ongedeeld, met lichtinval door het sheddak vanuit het noorden, opdat men goed de kleuren kon beoordelen. Door het vele glas in noord- en zuidgevel konden de medewerkers van de groene omgeving genieten, waaraan door het ontwerp van Mien Ruys veel aandacht is besteed. Door de geavanceerde dakconstructie waren grote overspanningen mogelijk; er zijn dan ook een beperkt aantal betonnen staanders die in een V-vorm de sheds ondersteunen. Een deel van roestvrijstalen afvoeren bevindt zich nog ter plaatse. Voor de vloer is oorspronkelijk naadloos strijkplastic toegepast, dit is deels nog aanwezig. In het oostelijk gedeelte verlaagde plafonds van stalen roosters, waar kantoren gevestigd waren. Op het veld naast de ingang aan de zuidzijde staan vijf draaibare testpanelen op stalen dragers, waar de kleurechtheid van de stoffen bij verschillende zonlichtinval kon worden beproefd.

Waardering

Fabrieksgebouw, ontworpen door Gerrit Rietveld met technische adviezen van G. Beltman, van algemeen cultuurhistorisch en architectuurhistorisch belang als internatio-nale mijlpaal in de modernistische fabrieksarchitectuur: - door de inventieve toepassing van dunwandige betonnen schaaldaken, het Zeiss-Dywidag systeem;

  • vanwege de op de productie met brede weefgetouwen afgestemde maatvoering, "form follows function";
  • vanwege de hoogwaardige esthetische kwaliteiten onder meer door de kantelingen in de westgevel, het ritme, de gebogen sheds, de glazen gevels;
  • vanwege het belang in het oeuvre van Rietveld, als diens eerste ontwerp voor een fabriek;
  • vanwege de ensemblewaarde door de samenhang van het ontwerp met het tuinontwerp;
  • vanwege de herkenbare sociaal-idealistische en milieutechnische aspecten in het ontwerp.

Provincie: Noord-Brabant
Gemeente: Bergeijk
RCE monumentnummer: 530967 Tuin- en parkaanleg Mien Ruys (Ploegpark)
Kadastraal gemeente: Bergeijk
Sectie: A
Nummer: 1425

Omschrijving

Tuin- en parkaanleg rondom weverij De Ploeg en behorend tot dat complex, ontworpen door Mien Ruys. De westelijke begrenzing van de beschermde aanleg loopt langs oostzijde van de Riethovensedijk, aan de noordzijde loopt de begrenzing door een gedeelte van het bosperceel, aan de oostzijde langs de lijn vanaf de oostelijke kant van de bestrating langs de aanbouw aan de oostgevel naar het zuiden, ter hoogte van het dwarspad verder naar het oosten tot de grens van het kadastrale perceel, in het zuiden achter langs de tuinen en de langs de noordzijde van de Bucht, zoals aangegeven op het bij het aanwijzingsbesluit behorende kaartje. Het tuinontwerp is zeer architectonisch opgebouwd uit bij het gebouw aansluitende rechthoekige en vierkante plantvlakken met afgeschuinde hoeken, die van daaraf geleidelijk oplopen van klein naar groot. Aan de westzijde van het gebouw, de kopse kant met de karakteristieke gekantelde gevels, werden de plantvakken ingevuld met een asymmetrisch patroon van vierkanten, rechthoeken en driehoeken van strak gesnoeide groenblijvende heesters. Aan de zuidzijde, ten oosten van de ingang, zijn twee lange borders met heesters en vaste planten aangelegd, parallel aan de voorgevel en haaks daarop. Langs de lange border loopt een lage heg en haaks daarop weer een heg in het gazon als begrenzing van het kleinste vierkant. Vlakverdeling en lijnvoering zijn hier zeer verwant aan het idioom van De Stijl. Aan de zijde van de oprijlaan bevindt zich daar een rechthoekige vijver, die ook als blusvijver functioneert. Twee middelgrote, bijna vierkante gazons links en rechts van de oprijlaan naar de ingang vormen de intermediair tussen de kleinschalige vlakverdeling vlak bij het gebouw en de grotere gazons aan de zuidzijde van de dwarslaan, die beplant zijn met verspreide boomgroepen en waar enkele aaneengesloten bospercelen bewaard zijn gebleven. Uitzondering op de rechtlijnige opzet is hier het licht gebogen pad dat naar de vroegere fietsenstalling loopt. Duidelijk is te zien hoe Ruys in het zuidelijk deel heeft geworsteld met de 'spaghettistijl' zoals de landschapsstijl door destijds moderne tuinarchitecten ook wel werd genoemd. Aan de noordkant heeft Ruys een strook bos gespaard, opdat het strakke, lichtgekleurde fabrieksgebouw zich aftekent tegen de ruige, donkere boompartijen. Hier had ze, kennelijk als concessie aan de opdrachtgever, een stukje Engelse landschapsstijl gepland.

Waardering

Tuin- en parkaanleg rondom weverij De Ploeg, ontworpen door tuinarchitecte Mien Ruys, van algemeen cultuur- en tuinhistorisch belang:

  • als toonbeeld van naoorlogse tuinarchitectuur in architectonische stijl, waarin getracht is elementen van de landschapsstijl in te passen;
  • als resultaat van samenwerking tussen architect en tuinarchitect vanaf het begin van het ontwerpproces;
  • vanwege de plaats in het oeuvre van Mien Ruys, als fabriekstuin;
  • vanwege de waarde in het totale fabrieksconcept, waarbij de tuin een belangrijk onderdeel was als ontspanningsruimte voor de medewerkers en ook in het ontwerp van de fabriek het uitzicht op de tuinen een rol speelt.