Een vitaal buitengebied
We willen de vitaliteit en kwaliteit van ons buitengebied behouden en versterken. Het buitengebied in Bergeijk is een waardevolle combinatie van agrarisch landschap en natuurlijk landschap. Dit landschap vormt een tegenhanger van het stedelijk gebied binnen de Metropoolregio Eindhoven.
Wat willen we?
Ons landschap is waardevol en moet gekoesterd worden. We streven daarbij naar een vitale agrarische sector die in harmonie is met de omgeving, waar agrarisch landschap en natuur samengaan en elkaar aanvullen.
Onze uitdaging is deze verschillende opgaven met elkaar te combineren: hoe dragen ontwikkelingen op het gebied van (agrarische) bedrijvigheid, wonen en mobiliteit bij aan de natuurlijke rust en uitgestrektheid van het agrarisch en natuurlijk buitengebied? We willen meer landschappelijke en natuurlijke kwaliteit in het buitengebied, ook buiten de beekdalen. Dat betekent dat we nog meer moeten inzetten op landschap, klimaat en natuur. Met name water speel hierin een essentiële rol.
Hoe willen we deze ambitie bereiken?
We willen de vitaliteit en kwaliteit van ons buitengebied behouden en versterken. Dat betekent voor de vitaliteit dat:
- We streven naar behoud van ontwikkelperspectief voor blijvende agrariërs met een economisch maar ook maatschappelijk en milieutechnisch gezond bedrijfsmodel;
- We beseffen dat de trend van stoppende agrarische bedrijven de komende jaren zal doorzetten en dat daarom hergebruik van gebouwen en locaties zorgvuldig moet worden afgewogen;
- De groene (natuurlijke en agrarische) ruimte, als voedingsbodem voor vitale bedrijven en vitale inwoners, verzorgd en behouden moet blijven.
Voor het behoud en versterken van de kwaliteit van het buitengebied is het ook nodig dat:
- Er sprake is van de juiste functie op de juiste plek;
- Functies optimaal ingepast worden in het landschap;
- De natuurlijke, landschappelijke en hydrologische waarden niet worden aangetast maar versterkt.
We beseffen dat veranderingen in de agrarische sector een transitie zijn. Daarin hebben we als gemeente een rol en weten we dat we beperkt invloed hebben op de agrarische bedrijfsvoering. Maar we staan niet alleen in deze rol, alle schakels moeten meedoen. We zetten daarom in op een gezamenlijke inzet van alle betrokken partijen en een betere samenwerking tussen ondernemers, maatschappelijke organisaties en inwoners. Meer verbinding tussen stad en platteland, tussen natuurorganisaties, agrariërs en ook de gemeente. We willen structureel in contact met agrarische ondernemers, natuurorganisaties en andere partijen met een relatie met het buitengebied blijven investeren. De gemeente initieert en faciliteert hierbij. Ook bij realisatie van natuurontwikkeling door de provincie en het waterschap in bijvoorbeeld projecten ter realisatie van het Natuurnetwerk Brabant en de inrichting van ecologische verbindingszones willen wij faciliteren.
Daarnaast willen we ook bereiken dat de agrariërs die willen ontwikkelen actief meedenken en inzetten op de bijdrage die zij kunnen leveren aan behoud en versterking van onze kernkwaliteiten. Ook inwoners en omwonenden willen wij stimuleren om na te denken over hun rol: hoe kunnen Bergeijkse inwoners samen met de agrarische sector en de gemeente het vitale buitengebied, dat in het DNA verankerd is, behouden en verbeteren.
Voor stoppende agrarische bedrijven geldt dat de mogelijkheden voor hergebruik afgewogen worden aan de bijdrage die geleverd wordt aan de vitaliteit van het buitengebied. Vanzelfsprekend mogen zij passende bestaande functies niet verstoren of belemmeren.
Ook andere ontwikkelingen dienen bij te dragen aan de vitaliteit. Ongewenste activiteiten in de vorm van winning van schaliegas en opslag van kernafval passen hier niet bij. Andere ingrepen in de bodem worden zorgvuldig beoordeeld. Wij zijn niet op voorhand tegen initiatieven voor de winning van zand en grind door ontgrondingen als deze een bijdrage leveren aan gemeentelijke doelen zoals versterking van de ruimtelijke kwaliteit en versterking van de recreatieve functie. Zo nemen wij onze verantwoordelijkheid door mede te zorgen voor het vrijkomen van voldoende grondstoffen voor de bouw. Louter commerciële zandwinningen willen we verbieden.
Om de vitaliteit en kwaliteit te optimaliseren vragen we voor het hele grondgebied van onze gemeente bij ruimtelijke ontwikkeling initiatiefnemers om een bijdrage te leveren aan klimaatadaptatie, natuurontwikkeling, versterking van het landschap en/of de cultuurhistorische kwaliteiten van de bebouwde en onbebouwde omgeving.
Het optimaliseren van de waterhuishouding speelt daarbij ook een rol. We moeten inzetten op het ontvangen van voldoende water via de wateraanvoer vanuit België, alsook het vasthouden en infiltreren van voldoende water. In samenwerking met het Waterschap en grondeigenaren willen we dit optimaliseren.
Daarnaast dragen we zorg voor de bescherming van ons grondwater, met name in het grondwaterbeschermingsgebied nabij Luyksgestel. De drinkwaterwinning die hier plaatsvindt dient duurzaam veilig gesteld te worden, activiteiten die het grondwater vervuilen worden geweerd.
Een grote opgave voor het buitengebied is de opwekking van duurzame energie. Daarover hebben we in de Metropoolregio Eindhoven afspraken gemaakt in het verband van de Regionale Energiestrategie (RES). Een belangrijke afspraak in dat kader is dat we een voorkeursgebied voor grootschalige duurzame energieopwekking hebben aangewezen: zuidwest Bergeijk (De Pielis) . In dit gebied staan we (onder strikte randvoorwaarden) initiatieven toe voor grootschalige energieopwekking. Deze initiatieven worden onder toezicht van de gemeente, bewoners en belangenverenigingen vormgegeven.
Waar willen we dat?
Agrarische bedrijvigheid ligt verspreid over ons hele grondgebied. Er zijn geen gebieden waar een sector of specifiek grondgebruik domineert of waar juist meer stoppende bedrijven gelegen zijn. De ontwikkelings- en hergebruiksmogelijkheden kunnen wél gebiedspecifiek zijn. Juist de waarden en kenmerken van de omgeving bepalen de mogelijkheden voor de toekomst. Deze worden daarop afgewogen en afgestemd. Omdat er veel maatschappelijke opgaven in ons buitengebied zijn op het vlak van transitie van de agrarische sector, klimaatbestendigheid, energieopwekking, versterking van natuur en landschap en cultuurhistorische kwaliteiten, moet er aandacht zijn voor de combinaties die hierin gemaakt worden. Hoe dragen ontwikkelingen op gebied van (agrarische) bedrijvigheid, wonen en mobiliteit bij aan de natuurlijke rust en uitgestrektheid van het agrarisch en natuurlijk buitengebied en de maatschappelijke opgaven?
Omdat we als gemeente behoorlijk wat gronden in het buitengebied bezitten kunnen we ook zelf meer doen voor landschap, klimaat en natuur. Dat deden we al en blijven we doen door via kavelruil gronden in de beoogde natuurgebieden (Natuurnetwerk Brabant) vrij te ruilen zodat deze voor natuur ingericht kunnen worden . Maar we kunnen ook de lokale agrarische bedrijven helpen om meer grond rond het bedrijf te krijgen, goede landbouwgebieden beschermen en voorwaarden stellen om landbouw en natuur te combineren. Dat vraagt wellicht om een ander pachtbeleid. Daarnaast vragen we bij ruimtelijke ontwikkeling van initiatiefnemers om een bijdrage te leveren aan klimaatadaptatie, natuurontwikkeling, versterking van het landschap en/of cultuurhistorische kwaliteiten van bebouwde en onbebouwde omgeving. We streven ernaar ook buiten de beekdalen de landschappelijke en natuurlijke kwaliteit in ons buitengebied te versterken.
Voor grootschalige energieopwekking sluiten we aan bij de nota Grootschalige zonne- en windenergie in de Kempen; Bergeijk zuidwest (de Pielis) is hiervoor het aangewezen gebied.